Er is alweer een monumentaal stukje Drachten bijgekomen
Drachten is met zijn kleine 50.000 inwoners best wel een grote plaats voor Friese begrippen. Het heeft geen formele stadsrechten dus maakt geen deel uit van de Friese Elfsteden. Ter compensatie wordt het ook wel een Vlekke genoemd, net als Heerenveen en Joure.
Maar Drachten ontbeert historisch erfgoed. In het kader van de vooruitgang is in de tweede helft van de twintigste eeuw het meeste aan monumentale gebouwen en structuren gesloopt en vervangen. De gemeente Smallingerland schakelde destijds het architectenbureau Van den Broek en Bakema in om de snelle groei van Drachten ruimtelijk in goede banen te leiden. Dit architectenbureau had naam gemaakt als gespecialiseerd in wederopbouw na de tweede wereldoorlog. Ik bedoel maar.
Weinig herinnert nu dus nog aan het oude Drachten. Er resteert een handjevol monumentale gebouwen zoals het Bleekerhûs, de Papagaaienbuurt, het Lyceum en het Karmel klooster.
Desondanks zit Drachten niet bij de pakken neer en heeft het al jaren de weg naar boven gevonden. De vermaledijde jaren-tachtig promenades zijn gekomen en gegaan. De gedempte Drachtstervaart is ten dele weer geopend met aan het hoofd een niet te missen "stadscarillon" met opschrift. Er is een fraai stadsplein met restaurants en terrassen. En een "brink" met monumentale plataan met een verhaal.
Naast al dit moois is er ook een monumentaal busstation. Daar was ik me eigenlijk niet van bewust tot op een avond tijdens het lichtfestival "Licht op Drachten". Na afloop, tijdens het napraten in De Lawei, merkte ik op dat het busstation wel een van de mooiste composities van licht en schaduw liet zien. Zeker met die twee strategisch geplaatste fietsen als rekwisiet.
Geintje natuurlijk, het busstation maakte geen deel uit van het lichtfestival. Maar dat had zomaar gekund. Voor mij is het in ieder geval een eye-opener geweest. Er is alweer een monumentaal stukje Drachten bijgekomen.